- Sinds 1884
- Deskundig advies
- Gratis levering vanaf € 75,-
- Klantbeoordeling van
Geschiedenis van scharnieren
Scharnieren hebben al een hele lange geschiedenis. Hoe oud het scharnier precies is, is niet bekend, maar in 2010 is in Zurich mogelijk de oudste deur van Europa ontdekt. Deze deur is zo goed bewaard gebleven, dat aan één zijde, heel duidelijk herkenbaar, een houten achterhar zit. Dit is een constructie, bestaand uit een houten stijl aan de draaizijde van de deur, die aan de onder- en bovenzijde uitsteekt. Deze stijl draait onder in een stenen draaikom en boven in een ingemetselde ring. Uit verdere studie blijkt deze deur 5.000 jaar oud te zijn. Welke rol deze deur speelt in de geschiedenis van scharnieren is onduidelijk. Wel kunnen wij de ontwikkeling en verspreiding van de scharnieren van vandaag terugleiden naar het Midden-Oosten.
De eerste scharnieren
De vroegste vormen van scharnieren in het Midden-Oosten zijn ontdekt in Hattusa (nabij het tegenwoordige Boğazkale), hoofdstad van het koninkrijk der Hettieten in het huidige Turkije en stammen uit 1600 v. Chr. Ook deze lijken meer op achterharren, maar zijn gemaakt van metaal. Ze worden alleen toegepast in religieuze en openbare gebouwen.
Ongeveer negen eeuwen later verspreidt de technologie zich naar Egypte, waar een bronzen “achterhar” is gevonden uit de 25e – 26e dynastie (760-650 v. Chr.). En niet lang daarna naar Babylonië en Assyrië (waar tegenwoordig Irak en Syrië liggen), zo blijkt uit verwijzing naar scharnieren in de steengravures, die nu bekend staan als de “Oost India Huis Inscripties” van Nebuchadnezzar II (regeerde over Babylonië 604-562 v. Chr.). Ook zijn er diverse stenen draaikommen in dit gebied gevonden.
Romeinse technologie
Echte vooruitgang komt pas als het Romeinse rijk rond het begin van de jaartelling de technologie overneemt en deze door ontwikkelt. Nu krijgen ook woonhuizen deuren (soms afgehangen met wat sprekend lijkt op knieren). Ook broches hebben veelal een scharnierende speld en harnassen krijgen flexibiliteit met behulp van vlinderscharnieren.
Godin onderdeel van de geschiedenis van scharnieren
De Romeinen hebben zelfs een godin van het scharnier, Cardea. Omdat het Romeinse rijk zo ver strekt, verspreidt de technologie zich over grote delen van Europa. Echter blijft het gebruik van scharnieren voornamelijk beperkt tot de meer welvarenden, omdat de nog wat beperkte kennis en vaardigheid in de metaalbewerking productie kostbaar maakt.
Van houten achterhar naar metaal
Hoewel metalen vormen van scharnieren al bestaan, worden in het begin van de middeleeuwen (ong. 500-1500 na Chr.) veel deuren afgehangen met een achterhar. Zoals we terug zien in oude kasteeldeuren. Maar vanwege het snelle slijten van het hout in de draaikom en -ring, wordt deze achterhar vaak vervangen voor een metalen variant, de speun. De uitstekende delen van de achterhar worden verwijderd en aan de onder en bovenzijde wordt een metalen as in het hout geplaatst. Doordat de speun iets naar het midden van de deur zit, ontstaat een nieuw draaipunt. Bij Weijntjes zit ook nu nog een speun voor een kast in het assortiment
Scharnieren voor iedereen
De volgende ontwikkeling zien we later in de middeleeuwen, als vooruitgangen in de metaalbewerking het gebruik van scharnieren steeds meer toegankelijk maken voor de lagere klassen in de maatschappij. Ook verschijnt voor het eerst het geheng, welke naast een functionele ook vaak een decoratieve functie heeft. Lees hier meer over de geschiedenis van gehengen.
Gedurende de renaissance en maniërisme breidt het gebruik en de verscheidenheid van scharnieren verder uit. Zo komen een van de oudste bladscharnieren (het meest herkenbare scharnier van tegenwoordig) uit deze periode. Het voornaamste gebruik van het bladscharnier was echter op kistjes en meubilair.
Paneeldeur
Met de opkomst van de paneeldeur in de 17e eeuw (Barok / Hollands Classicisme) keert het gebruik van knieren terug. Knieren hebben als voordeel, dat er op het aangezicht van de deur bijna niks zichtbaar is.
Een echte explosie in de toepassing van scharnieren ontstaat als tijdens de industriële revolutie (19e eeuw) stoomkracht ervoor zorgt dat ze snel, goedkoop en in grote aantallen te maken zijn. Scharnieren zoals paumelles, die aan de kopse kant van de deur worden geschroefd, worden voor het eerst aan het eind van de 19e eeuw op deuren gebruikt. En door de komst van de kogellagering draaiden deze deuren makkelijker dan ooit te voren.
Paumelles
Als aan het begin van de 20e eeuw (o.a. Art Deco en Amsterdamse School) deuren fabrieksmatig geproduceerd worden, worden deze afgehangen met bladscharnieren en zogenaamde hamburger paumelles. Dit zijn tot op de dag van vandaag de meest herkenbare scharnieren en worden nog steeds op de meeste stompe deuren en ramen gebruikt.
Toepassingen scharnieren
Tegenwoordig is het scharnier zo wijd verspreid, dat het elke verbeelding overstijgt. Of het nu gaat over een computermonitor, of de straalmotor van een vliegtuig, overal en in oneindig veel vormen komen we ze tegen voor allerlei toepassingen:
• met en zonder veer
• zelfsluitend
• groot of klein
• voor horizontaal of verticaal gebruik
• decoratief
• van sigarenkistscharniertje tot de grootste deurconstructies
• en in alle materiaalsoorten!
Maar misschien is het meest bijzondere wel, dat de aller oudste vorm, de achterhar, nog steeds wordt gebruikt. Vele sluisdeuren ontlenen tot op de dag van vandaag hun mobiliteit aan deze eeuwen… millennia oude technologie.
WELKE GESCHIEDENIS VAN SCHARNIEREN HEEFT JOUW HUIS?
Waarschijnlijk schuilt ook in jouw huis nog de nodige geschiedenis van scharnieren. Wil je oude scharnieren vervangen of ben je toe aan de nieuwste technologie? Vraag gerust onze klantenservice om advies of bezoek een van onze vestigingen, waar ervaren collega’s je dan graag helpen met al jouw vragen.